dga

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • dga
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord dga dga's
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de dgam

  1. (economie) iemand die werkt bij een besloten vennootschap (bv) of naamloze vennootschap (nv) in een binnen de vennootschap relatief hoge (vaak de hoogste) bestuurlijke functie, en een groot deel van de aandelen bezit in het bedrijf
     Het gaat om het besluit om directeuren-grootaandeelhouders belasting te laten betalen als ze meer dan 500.000 euro van hun eigen bv lenen, bijvoorbeeld om - tegen gunstige voorwaarden - een huis te financieren. Volgens Hans Biesheuvel, de voorzitter van Ondernemend Nederland, komt dat uit de lucht vallen.[1]
     Rutte: de dga-taks is niet zo erg, ondernemers hebben andere keuzes: Premier Rutte verdedigt de verhoging van de belasting voor ondernemers die meer dan 500.000 euro van hun eigen bv lenen. Ze hebben twee jaar de tijd om daar op te anticiperen.[2]

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 14 maart 2022 Weblink bron “Ondernemers boos over 'geniepige' belastingplannen kabinet” (20-09-2018), NOS
  2. Bronlink geraadpleegd op 14 maart 2022 Weblink bron “Rutte: de dga-taks is niet zo erg, ondernemers hebben andere keuzes” (21-09-2018,), NOS