detesteren
Uiterlijk
- Geluid: detesteren (hulp, bestand)
- de·tes·te·ren
- uit het Frans [1]
detesteren [2]
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
detesteren |
detesteerde |
gedetesteerd |
zwak -d | volledig |
- ergens een grote hekel aan hebben
- Het woord 'detesteren' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "detesteren" herkend door:
50 % | van de Nederlanders; |
67 % | van de Vlamingen.[3] |
- ↑ detesteren op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 10
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Werkwoord in het Nederlands
- Zwak werkwoord (-d) in het Nederlands
- Niet-samengesteld werkwoord in het Nederlands
- Niet in Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 50 %
- Prevalentie Vlaanderen 67 %