cijfer weg
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: cijfer weg (hulp, bestand)
Woordafbreking
- cij·fer weg
Woordherkomst en -opbouw
Werkwoord
vervoeging van |
---|
wegcijferen |
cijfer (...) weg
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van wegcijferen
- Ik cijfer weg.
- gebiedende wijs van wegcijferen
- Cijfer weg!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van wegcijferen
- Cijfer je weg?
Gangbaarheid
- Het woord cijfer weg staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.