bejegenden
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: bejegenden (hulp, bestand)
Woordafbreking
- be·je·gen·den
Werkwoord
vervoeging van |
---|
bejegenen |
bejegenden
- meervoud verleden tijd van bejegenen
- Wij bejegenden.
- Jullie bejegenden.
- Zij bejegenden.
- Wij bejegenden.