bedenkelijken

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Bijvoeglijk naamwoord

bedenkelijken

  1. verouderde spelling of vorm van bedenkelijk tot 1946/47: mannelijke vorm accusatief
    «De gewonde stierenvechter ligt in een bedenkelijken toestand.»
    thans: De gewonde stierenvechter ligt in een bedenkelijke toestand.