bedachte
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- be·dach·te
Werkwoord
vervoeging van: | bedenken… |
bedachte
Bijvoeglijk naamwoord
bedachte
- verbogen vorm van de stellende trap van bedacht
- ▸ De nietsverhullende reactie van Jeroen had haar in allerijl bedachte reactie in duigen laten vallen.[1]