barra

Uit WikiWoordenboek

Spaans

enkelvoud meervoud
barra barras

Zelfstandig naamwoord

barra v

  1. (voeding) stokbrood

Werkwoord

vervoeging van
barrar

barra

  1. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van barrar
  2. gebiedende wijs (bevestigend) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van barrar
vervoeging van
barrer

barra

  1. aanvoegende wijs eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van barrer
  2. aanvoegende wijs derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van barrer
  3. gebiedende wijs (bevestigend en ontkennend) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van barrer