alterneert
Uiterlijk
- Geluid: alterneert (hulp, bestand)
- al·ter·neert
vervoeging van |
---|
alterneren |
alterneert
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van alterneren
- Jij alterneert.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van alterneren
- Hij alterneert.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van alterneren
- Alterneert!
- Het woord alterneert staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.