agradar
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Catalaans
stamtijd | ||
---|---|---|
tegenw. tijd |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
agrado | agradava | agradat |
1e vervoeging | volledig |
Werkwoord
agradar
Spaans
Woordafbreking
- a·gra·dar
stamtijd | ||
---|---|---|
infinitief | verleden tijd |
voltooid deelwoord |
agradar |
agradaba |
agradado |
volledig |
Werkwoord
agradar
- onovergankelijk bevallen, behagen, aanstaan, vergenoegen
- «Me agrada leer eso.»
- Het bevalt mij dit te lezen.
- «No me agrada.»
- Het staat me niet aan.
- «Me agrada leer eso.»
Synoniemen
- [1] gustar