afwijzende
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: afwijzende (hulp, bestand)
Woordafbreking
- af·wij·zen·de
Bijvoeglijk naamwoord
afwijzende
- verbogen vorm van de stellende trap van afwijzend
Werkwoord
vervoeging van: | afwijzen |
afwijzende
- verbogen vorm van afwijzend, het onvoltooid deelwoord van afwijzen