aanloopperioden
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: aanloopperioden (hulp, bestand)
- IPA: / ˈanloperiˌjodə(n) / (6 lettergrepen)
Woordafbreking
- aan·loop·pe·ri·o·den
Zelfstandig naamwoord
de aanloopperioden mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord aanloopperiode