TRIS'ers
Uiterlijk
Niet te verwarren met: trissers |
- TRIS·ers
de TRIS'ers mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord TRIS'er
- ▸ Daarnaast leefden de Surinaamse en Nederlandse TRIS’ers in gescheiden eenheden en verliep de onderlinge samenwerking niet altijd even harmonieus.[1]
- Het woord 'TRIS'ers' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- ↑ Weblink bron J. SchoemanBoeken : De Troepenmacht in Suriname in: Militaire Spectator , jrg. 185 nr. 7/8 (juli/augustus 2016), Koninklijke Vereniging ter Beoefening
van de Krijgswetenschap, Breda, p. 342 kol. 3