E-woord
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- E-woord
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van E en woord zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | E-woord | |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
het E-woord o
- (informeel) het woord Elfstedentocht dat men als een taboewoord beschouwd met name als er een vorstperiode in Nederland heerst
- (informeel) het woord Europa dat men als een taboewoord beschouwd
Gangbaarheid
- Het woord 'E-woord' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.