zusterpartij
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- zus·ter·par·tij
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van zuster zn en partij zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | zusterpartij | zusterpartijen |
verkleinwoord | zusterpartijtje | zusterpartijtjes |
Zelfstandig naamwoord
de zusterpartij v
- (politiek) politiekepartij met een vergelijkbaar partijprogramma
- ▸ In Denemarken kwam de sociaaldemocratische zusterpartij twee maanden geleden al met een plan. Een nationalistisch beleidsplan om parallelle samenlevingen tegen te gaan. Migranten moeten zich voortaan aan Denemarken aanpassen en niet andersom.[1]
- ▸ Merkel zei dat CDU en zusterpartij CSU op 1 juli gaan overleggen over de resultaten van de EU-top in Brussel. Volgens haar is het zeker niet zo dat op die datum het terugsturen begint.[2]
Gangbaarheid
- Het woord zusterpartij staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron “Wat deed PvdA-leider Asscher in Denemarken?” (Dinsdag 19 juni 2018, 18:07), NOS
- ↑ Weblink bron “Merkel krijgt tijd van zusterpartij CSU voor asieloverleg op EU-top” (Maandag 18 juni 2018, 14:58), NOS