ziekteverschijnsel
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ziek·te·ver·schijn·sel
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van ziekte zn en verschijnsel zn [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | ziekteverschijnsel | ziekteverschijnsels ziekteverschijnselen |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
het ziekteverschijnsel o
- teken dat erop wijst dat iemand lijdt aan een bepaalde aandoening
- ▸ De ziekteverschijnselen bij de student werden op basis van laboratoriumonderzoek in een Belgisch ziekenhuis bepaald. De GGD houdt rekening met meerdere infectiegevallen, nu blijkt dat de student – onwetend van zijn besmetting – gewoon colleges heeft gevolgd en bovendien in Maastricht woont.[2]
- ▸ Het incident vond plaats in de Zuid-Franse gemeente Lherm. De autoriteiten zeggen dat 22 mensen na een maaltijd op zondag ziekteverschijnselen vertoonden.[3]
Synoniemen
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord ziekteverschijnsel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Weblink bron RENÉ STEENHORST“Mazelen bij student vastgesteld” (06 mrt. 2019), De Telegraaf
- ↑ Weblink bron “Bewoners verpleeghuis overleden: ’Was het de foie gras?’” (01 apr. 2019), De Telegraaf