zandoog
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- zand·oog
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van zand zn en oog zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | zandoog | zandogen |
verkleinwoord | zandoogje | zandoogjes |
Zelfstandig naamwoord
het zandoog o
- (vlinders) een dagvlinder uit de subfamilie Satyrinae , bestaande uit de zandoogjes en erebia's
Hyperoniemen
Hyponiemen
- boszandoog, grote saterzandoog, grote schaduwzandoog, kleine saterzandoog, saterzandoog, schaduwzandoog, witbandzandoog
Gangbaarheid
- Het woord 'zandoog' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.