vorke
Achterhoeks
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | vorke | vorken |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
vorke
- (gereedschap)(huishouden) vork; voorwerp bestaande uit een greep en (meestal 3 of 4) tanden, waarmee vast voedsel wordt gegeten
Synoniemen
Drents
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | vorke | vorken |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
vorke
- (gereedschap)(huishouden) vork; voorwerp bestaande uit een greep en (meestal 3 of 4) tanden, waarmee vast voedsel wordt gegeten
Schrijfwijzen
Nedersaksisch
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | vorke | vorkn / vorken |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
vorke
- (gereedschap)(huishouden) vork; voorwerp bestaande uit een greep en (meestal 3 of 4) tanden, waarmee vast voedsel wordt gegeten
Schrijfwijzen
Synoniemen
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Twents
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | vorke | vorkn |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
vorke
- (gereedschap)(huishouden) vork; voorwerp bestaande uit een greep en (meestal 3 of 4) tanden, waarmee vast voedsel wordt gegeten
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Categorieën:
- Woorden in het Achterhoeks
- Zelfstandig naamwoord in het Achterhoeks
- Gereedschap in het Achterhoeks
- Huishouden in het Achterhoeks
- Woorden in het Drents
- Zelfstandig naamwoord in het Drents
- Gereedschap in het Drents
- Huishouden in het Drents
- Woorden in het Nedersaksisch
- Zelfstandig naamwoord in het Nedersaksisch
- Gereedschap in het Nedersaksisch
- Huishouden in het Nedersaksisch
- Woorden in het Twents
- Zelfstandig naamwoord in het Twents
- Gereedschap in het Twents
- Huishouden in het Twents