voer wel

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • voer wel
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
welvaren

voer wel

  1. enkelvoud verleden tijd van welvaren
    • Ik voer wel. 
    • Jij voer wel. 
    • Hij, zij, het voer wel. 


Gangbaarheid