troostfinale
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- troost·fi·na·le
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van troost zn en finale zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | troostfinale | troostfinales |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
- (sport) wedstrijd die gaat om de 3de en 4de plaats van een toernooi
- ▸ Interessant wordt wat de UEFA gaat doen met het finaletoernooi van de Nations League. De halve finales zijn op 2 en 3 juni, de finale en de troostfinale worden op 6 juni gespeeld, vijf dagen voor het begin van het EK.[1]
- ▸ Laurine van Riessen schopte het op de keirin tot de halve finales, maar werd daarin veroordeeld tot de troostfinale. Voor Shanne Braspennincx, winnares van WK-zilver in 2015, zat het toernooi er in de kwartfinales al op.[2]
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord troostfinale staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron “Nieuw probleem dient zich aan: de bomvolle voetbalzomer van 2021” (Woensdag 18 maart 2020, 06:07), NOS
- ↑ Weblink bron “Valpartij zit Wild dwars in puntenkoers, Van Riessen weer zevende in keirin” (Zondag 1 maart 2020, 14:41), NOS