tandartsangst
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: tandartsangst (hulp, bestand)
- IPA: /xxxx/
Woordafbreking
- tand·arts·angst
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van tandarts en angst
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | tandartsangst | tandartsangsten |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de tandartsangst m
- (psychologie), (medisch) angst voor een behandeling bij de tandarts
- Tips voor mensen met tandartsangst.
Synoniemen
Vertalingen
1. angst voor een behandeling bij de tandarts
Gangbaarheid
- Het woord 'tandartsangst' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 13
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Samenstelling in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Psychologie in het Nederlands
- Medisch in het Nederlands
- Niet in Woordenlijst Nederlandse Taal