symboliseerde

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • sym·bo·li·seer·de

Werkwoord

vervoeging van
symboliseren

symboliseerde

  1. enkelvoud verleden tijd van symboliseren
    • Ik symboliseerde. 
    • Jij symboliseerde. 
    • Hij, zij, het symboliseerde.