strandplastic
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- strand·plas·tic
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | strandplastic | strandplastics |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
het strandplastic o
- plastic dat op het strand gevonden wordt, aangespoeld vanuit zee of achtergelaten door strandbezoekers
- Het strandplastic wordt verkocht als oceaanplastic.
Verwante begrippen
Gangbaarheid
- Het woord 'strandplastic' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.