stavingsstuk
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- sta·vings·stuk
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | stavingsstuk | stavingsstukken |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
het stavingsstuk o
- (juridisch) voorwerp waarmee men een bewering juridisch kan bewijzen of aannemelijk maken
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord stavingsstuk staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.