sla aan

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • sla aan
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
aanslaan

sla aan

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanslaan
    • Ik sla aan. 
  2. gebiedende wijs van aanslaan
    • Sla aan! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanslaan
    • Sla je aan? 
  4. aanvoegende wijs van aanslaan


Gangbaarheid