rekker
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- rek·ker
Woordherkomst en -opbouw
- Naamwoord van handeling van rekken met het achtervoegsel -er[1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | rekker | rekkers |
verkleinwoord | rekkertje | rekkertjes |
Zelfstandig naamwoord
de rekker m
- voorwerp waarmee men iets kan rekken
Hyponiemen
Anagrammen
Gangbaarheid
- Het woord rekker staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "rekker" herkend door:
72 % | van de Nederlanders; |
94 % | van de Vlamingen.[2] |
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Noors
Uitspraak
Woordafbreking
- rek·ker
Naar frequentie | 1660 |
---|
Zelfstandig naamwoord
rekker
- nominatief onbepaald mannelijk en vrouwelijk meervoud van rekke
Nynorsk
Uitspraak
Woordafbreking
- rek·ker
Zelfstandig naamwoord
rekker
- nominatief onbepaald vrouwelijk meervoud van rekke
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 6
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Achtervoegsel -er in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 72 %
- Prevalentie Vlaanderen 94 %
- Palindroom in het Nederlands
- Woorden in het Noors
- Woorden in het Noors van lengte 6
- Woorden in het Noors met audioweergave
- Zelfstandignaamwoordsvorm in het Noors
- Palindroom in het Noors
- Woorden in het Nynorsk
- Woorden in het Nynorsk van lengte 6
- Woorden in het Nynorsk met audioweergave
- Zelfstandignaamwoordsvorm in het Nynorsk
- Palindroom in het Nynorsk