reddik

Reddiker
(Raphanus sativus var. sativus)
Radijsjes

Noors

Uitspraak

• Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
• IPA: / ˈredik /

Woordafbreking

• red·dik

Woordherkomst en -opbouw

• Afkomstig van Middelnederduits:  redik zn  ← Latijn:  radicem zn , de accusatief van  radix zn 

Naar frequentie	71306

	enkelvoud		meervoud
	onbepaald	bepaald	onbepaald	bepaald
nominatief	reddik	reddiken	reddiker	reddikene
genitief	reddiks	reddikens	reddikers	reddikenes

Zelfstandig naamwoord

reddik, m

1. (plantkunde) Raphanus sativus var. sativus , radijs
2. (groente), (kookkunst), (voeding) radijs

   «I de nyplantede nellikbed var det sådd reddik som mellomkultur. På denne måte får man praktisk talt en gratis avling av reddik, som ventes å være ferdig om en måneds tid. »

   In de nieuw aangeplante anjerbedden werd als tussengewas radijs gezaaid. Zo krijg je praktisch een gratis oogst radijsjes, die naar verwachting over een maand klaar zullen zijn.

Hyponiemen

   

hagereddik zn   ishavsreddik zn   nordsjøreddik zn   sommerreddik zn   strandreddik zn   vinterreddik zn   åkerreddik zn

Afgeleide begrippen

•  reddikaktig bn 
•  reddiksesong bn 

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie. (in het Noors; geraadpleegd 2023-10-02))