rechterrib
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: rechterrib (hulp, bestand)
Woordafbreking
- rech·ter·rib
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van rechter bn en rib zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | rechterrib | rechterribben |
verkleinwoord | rechterribje | rechterribjes |
Zelfstandig naamwoord
- (anatomie) de rib aan de overzijde van waar zich in het lichaam gewoonlijk het hart bevindt
Antoniemen
Gangbaarheid
- Het woord 'rechterrib' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.