purpercochoa
Nederlands
Uitspraak
- (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
- pur·per·co·choa
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van purper en cochoa zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | purpercochoa | purpercochoa's |
verkleinwoord | purpercochoaatje | purpercochoaatjes |
Zelfstandig naamwoord
purpercochoa
- (zangvogels) Cochoa purpurea een zangvogel uit de familie Turdidae (lijsters). Deze soort komt voor van de Himalaya tot noordelijk Vietnam en noordelijk Thailand
Hyperoniemen
Gangbaarheid
- Het woord 'purpercochoa' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.