pijnpunt
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- pijn·punt
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van pijn en punt [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | pijnpunt | pijnpunten |
verkleinwoord | pijnpuntje | pijnpuntjes |
Zelfstandig naamwoord
het pijnpunt o
- plaats waar men pijn voelt of kan voelen [2]
- (figuurlijk) punt in een overeenkomst waar men veel moeite mee heeft
Verwante begrippen
Gangbaarheid
- Het woord pijnpunt staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "pijnpunt" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
97 % | van de Vlamingen.[3] |
Verwijzingen
- ↑ pijnpunt op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be