paner

Uit WikiWoordenboek

Frans

Uitspraak

Werkwoord

paner

  1. (spreektaal) snappen
    «Putain, j’ai rien pané à ce qu’il m’a dit le mec de la douane.»
    Ik heb verdomme niks begrepen van wat die kerel van de douane tegen me zei.

se paner

  1. wederkerend (spreektaal) vallen
    «Y a un mec dans le métro, il s’est pané en montant l’escalier.»
    Een kerel in de metro viel toen hij de trap op liep. [1]

Verwijzingen