overdondert
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: overdondert (hulp, bestand)
Woordafbreking
- over·don·dert
Werkwoord
vervoeging van |
---|
overdonderen |
overdondert
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van overdonderen
- Jij overdondert.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van overdonderen
- Hij overdondert.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van overdonderen
- Overdondert!