momentaan

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  momentaan    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• mo·men·taan

Woordherkomst en -opbouw

• afleiding van moment met het achtervoegsel -aan

	stellend	vergrotend	overtreffend
onverbogen	momentaan	momentaner	momentaanst
verbogen	momentane	momentanere	momentaanste
partitief	momentaans	momentaners	-

Bijvoeglijk naamwoord

momentaan

1. van het ene op het andere moment; op één bepaald ogenblik; betrekking hebbend op het nu

   ▸ Hij heeft kritiek op Miskottes distantiëring van de belijdenis, het alleen en momentaan aangesproken worden door de Naam waarbij de continuïteit van de gereformeerde traditie in de knel komt.

   ▸ In de praktijk kunnen de pieken in de geluidsoverlast hoger zijn dan berekend. Dat komt "doordat de piekniveaus niet alleen afhangen van het moment waarop vliegtuigen doorklimmen naar kruishoogte, maar bijvoorbeeld ook van het vliegtuig-type en de feitelijke, momentane stuwkracht tijdens de verschillende vluchtfasen".

Synoniemen

• direct, ineens, momenteel, ogenblikkelijk, kortstondig

Vertalingen

    1. van het ene op het andere moment; op één bepaald ogenblik; betrekking hebbend op het nu   

Engels: instantaneous (en)

Gangbaarheid

• Het woord momentaan staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "momentaan" herkend door:

39 %	van de Nederlanders;
43 %	van de Vlamingen.