meerderheidsbeginsel
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- meer·der·heids·be·gin·sel
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van meerderheid en beginsel met het invoegsel -s-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | meerderheidsbeginsel | meerderheidsbeginselen meerderheidsbeginsels |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
het meerderheidsbeginsel o
- het beginsel dat in een collectiviteit de meerderheid de hele groep kan binden
Gangbaarheid
- Het woord meerderheidsbeginsel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.