loopt vrij

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • loopt vrij
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
vrijlopen

loopt (...) vrij

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vrijlopen
    • Jij loopt vrij. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vrijlopen
    • Hij loopt vrij. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van vrijlopen
    • Loopt vrij!