leerden af
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: leerden af (hulp, bestand)
- IPA: / ˈlerdə(n) ˈɑf / (3 lettergrepen)
Woordafbreking
- leer·den af
Woordherkomst en -opbouw
Werkwoord
vervoeging van |
---|
afleren |
leerden (…) af
- meervoud verleden tijd van afleren
- Wij leerden af.
- Jullie leerden af.
- Zij leerden af.
- Wij leerden af.
Gangbaarheid
- Het woord leerden af staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.