kom tegen
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- kom te·gen
Woordherkomst en -opbouw
Werkwoord
vervoeging van |
---|
tegenkomen |
kom tegen
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van tegenkomen
- Ik kom tegen.
- gebiedende wijs van tegenkomen
- Kom tegen!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van tegenkomen
- Kom je tegen?
Gangbaarheid
- Het woord kom tegen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.