koersdaling

Nederlands

koersdaling

Uitspraak

• Geluid:  koersdaling    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• koers·da·ling

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  koers zn  en  daling zn 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	koersdaling	koersdalingen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de koersdaling v

1. (economie) het minder waard worden van aandelen, effecten of valuta op de beurs

   ▸ In wat voor impuls had ik Tonio die vrijdagavond zo nadrukkelijk omhelsd, zomaar op straat? Ik kon nu gemakkelijk beweren dat ik daar en toen afscheid had genomen van de levende Tonio - maar dan zou ik op de een of andere manier voorkennis moeten hebben gehad van het naderende noodlot, zoals malafide beursspeculanten handelden met voorkennis van een ophanden zijnde koersdaling of -stijging.

   ▸ Bijna 30.000 Nederlandse beleggers handelden tussen januari en maart in het aandeel van GameStop. Dat meldt de Autoriteit Financiële Markten (AFM) na een analyse. De gamewinkelketen was in die periode onderdeel van een wereldwijde beursgekte tussen kleinere beleggers en grote institutionele beleggers, die laatsten speculeerden op een koersdaling.

Synoniemen

• waardevermindering, koersverlaging, beursval, beursdaling, baisse, koersval

Verwante begrippen

• beurskrach

Vertalingen

    1.   

Engels: drop in prices (en), depreciation in currency values (en),

Gangbaarheid

• Het woord koersdaling staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.