kerkhistorie

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • kerk·his·to·rie
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord kerkhistorie -
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de kerkhistoriev

  1. (religie) een deel van de wereldgeschiedenis zoals die zich verhoudt tot het christendom
    • Aan welke universiteit kan je het best geschiedenis studeren als je in de kerkhistorie geïnteresseerd bent? 
Synoniemen
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

Meer informatie