kaplaars
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- kap·laars
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van kap en laars [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | kaplaars | kaplaarzen |
verkleinwoord | kaplaarsje | kaplaarsjes |
Zelfstandig naamwoord
- (schoeisel) laars met hoge schacht
Gangbaarheid
- Het woord kaplaars staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "kaplaars" herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
80 % | van de Vlamingen.[2] |
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be