kangoeroepoot

Nederlands

Anigozanthos manglesii

Uitspraak

• Geluid:  kangoeroepoot    (hulp, bestand)

• (IPA in voorbereiding)

Woordafbreking

• kan·goe·roe·poot

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  kangoeroe zn  en  poot zn 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	kangoeroepoot	kangoeroepoten
verkleinwoord	kangoeroepootje	kangoeroepootjes

Zelfstandig naamwoord

de kangoeroepoot m

1. (bloemplanten) een geslacht Anigozanthos  uit de familie Haemodoraceae . Het geslacht telt ongeveer elf soorten die voorkomen in Australië. In Nederland en België wordt het verkocht als snijbloem of kuipplant. Deze vaste planten zijn endemisch voor droge zandige, kiezelachtige gebieden in het zuidwesten van Australië, maar komen ook voor in een verscheidenheid aan andere omgevingen en grondsoorten

Hyperoniemen

• zaadplanten, eenzaadlobbigen, bedektzadigen, landplanten, planten

Gangbaarheid

• Het woord 'kangoeroepoot' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.

• [1] kangoeroepoot op Wikidata