jamaicapeper
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: jamaicapeper (hulp, bestand)
- IPA: / djaˈmɑjkaˌpepər / (5 lettergrepen)
Woordafbreking
- ja·mai·ca·pe·per
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van Jamaica en en peper zn geschreven met een kleine letter volgens spellingregel 16.H en zonder koppelteken volgens spellingregel 6.C
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | jamaicapeper | jamaicapepers |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
de jamaicapeper m
- (plantkunde) boomsoort Eugenia dioica die op de Antillen voorkomt
- (kookkunst) scherp smakende specerij bereid uit de gedroogde besjes van Eugenia dioica
- Het hoofdbestanddeel van koekkruiden is kaneel, vermengd met gemberpoeder, kardemom (…), koreander, kruidnagelpoeder, nootmuskaat en piment (jamaicapeper). [1]
-
1. Een jonge jamaicapeper.
-
Een volgroeide jamaicapeper.
-
1. Een bloeiende jamaicapeper.
-
1. Besjes van de jamaicapeper.
-
2. Jamaicapeper op een bord.
Synoniemen
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord 'jamaicapeper' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Batenburg, H. van"Uw probleem ook het onze" in: Trouw jrg. 44 nr. 12756 (6 mei 1986); p. 13 kol. 1; geraadpleegd 2019-11-27
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 12
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 5 lettergrepen in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Samenstelling in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Plantkunde in het Nederlands
- Kookkunst in het Nederlands
- Niet in Woordenlijst Nederlandse Taal