grootafnemer

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • groot·af·ne·mer
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord grootafnemer grootafnemers
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de grootafnemerm

  1. (economie) grote klant
     Meteen is de daad bij het woord gevoegd. Op dit moment worden er drie melkfabrieken in de regio Nord-Pas de Calais geblokkeerd. In diezelfde buurt moet een fabriek van Danone het ontgelden, die als yoghurtmaker natuurlijk een grootafnemer van melk is.[2]

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. grootafnemer op website: Etymologiebank.nl
  2. Bronlink geraadpleegd op 12 januari 2024 Weblink bron
    Hans Brom
    “Franse boerenacties krijgen een ander gezicht” (Vrijdag 24 juli 2015, 16:41), NOS