grootafnemer
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- groot·af·ne·mer
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | grootafnemer | grootafnemers |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de grootafnemer m
- (economie) grote klant
- ▸ Meteen is de daad bij het woord gevoegd. Op dit moment worden er drie melkfabrieken in de regio Nord-Pas de Calais geblokkeerd. In diezelfde buurt moet een fabriek van Danone het ontgelden, die als yoghurtmaker natuurlijk een grootafnemer van melk is.[2]
Gangbaarheid
- Het woord grootafnemer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ grootafnemer op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Weblink bron Hans Brom“Franse boerenacties krijgen een ander gezicht” (Vrijdag 24 juli 2015, 16:41), NOS