geremd

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ge·remd
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van: remmen…
verbogen vorm: geremde

geremd

  1. voltooid deelwoord van remmen
    • De bestuurder was afgeleid door een telefoongesprek en heeft daardoor te laat geremd. 
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen geremd geremder geremdst
verbogen geremde geremdere geremdste
partitief geremds geremders -

Bijvoeglijk naamwoord

geremd

  1. niet spontaan, terughoudend door verlegenheid
    • In vreemd gezelschap voelt men zich vaak geremd 
Verwante begrippen
Afgeleide begrippen
Antoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be