geneeslijk
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: geneeslijk (hulp, bestand)
Woordafbreking
- ge·nees·lijk
Woordherkomst en -opbouw
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | geneeslijk | geneeslijker | geneeslijkst |
verbogen | geneeslijke | geneeslijkere | geneeslijkste |
partitief | geneeslijks | geneeslijkers | - |
Bijvoeglijk naamwoord
geneeslijk [1]
- waarbij genezen mogelijk is
Verwante begrippen
Antoniemen
Afgeleide begrippen
Gangbaarheid
- Het woord geneeslijk staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.