gedragsverandering

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ge·drags·ver·an·de·ring
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord gedragsverandering gedragsveranderingen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de gedragsveranderingv

  1. het anders worden van de manier waarop men (gewoonlijk) handelt
     Het onderzoek is drie weken geleden gehouden. Op het moment van ondervraging was er net een piek geweest in het aantal besmettingen. "De gedragsverandering die we zien lijkt dus gepaard te gaan met een sterke daling van de verspreiding van het virus."[1]
     Het leiden van de debatten maar ook het corrigeren van parlementariërs kan nog een pittige klus worden voor de nieuwe voorzitter omdat veel mensen vinden dat het Lagerhuis toe is aan een gedragsverandering, legt Van Kleef uit. "Het Lagerhuis is enorm gepolariseerd en dat merk je in het taalgebruik en de omgangsvormen. Veel parlementariërs vinden dat ze niet meer het goede voorbeeld geven. Aan de nieuwe speaker dus de taak het wat beschaafder en gematigder te maken."[2]

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 26 oktober 2022 Weblink bron
    NOS Nieuws
    “RIVM over ons gedrag: meer mensen laten zich testen en vermijden drukte” (Maandag 30 november 2020, 10:31), NOS
  2. Bronlink geraadpleegd op 26 oktober 2022 Weblink bron
    NOS Nieuws
    “Wie wordt de opvolger van speaker John Bercow? 'Het moet wat beschaafder worden'” (Maandag 4 november 2019, 04:45), NOS