flexbus
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- flex·bus
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van flex bn en bus zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | flexbus | flexbussen |
verkleinwoord | flexbusje | flexbusjes |
Zelfstandig naamwoord
de flexbus m
- (verkeer) busdienst met kleine bussen in dunbevolkte gebieden, waarvoor passagiers vooraf moeten reserveren omdat de bus anders niet rijdt
- ▸ Reizigers die een flexbus willen gebruiken, moeten op voorhand een plaatsje reserveren.[1]
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord 'flexbus' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron Gilles Liesenborghs“Verdwijnt mijn halte? En hoe kan ik zo’n ‘flexbus’ reserveren? Dit moet je weten over veranderingen bij De Lijn die vandaag ingaan” (6 januari 2024) op nieuwsblad.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 7
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 2 lettergrepen in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Samenstelling in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Verkeer in het Nederlands
- Niet in Woordenlijst Nederlandse Taal