fascine

Uit WikiWoordenboek
1. op maat gemaakte bundels van rijshout
2. bundel van kunststof buizen om een loopgraaf mee over te steken

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • fas·ci·ne
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord fascine fascinen
fascines
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de fascinev

  1. op maat gemaakte bundel van rijshout of takken om aarden wallen, dijken of oevers te versterken of om water te dempen
  2. (militair) bundel van takken of kunststof buizen om drassig terrein of een loopgraaf mee over te steken

Gangbaarheid

32 % van de Nederlanders;
30 % van de Vlamingen.[3]

Verwijzingen


Spaans

Werkwoord

vervoeging van
fascinar

fascine

  1. aanvoegende wijs eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van fascinar
  2. aanvoegende wijs derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van fascinar
  3. gebiedende wijs (bevestigend en ontkennend) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van fascinar