ergerniswekkend

Uit WikiWoordenboek


Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • er·ger·nis·wek·kend
Woordherkomst en -opbouw
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen ergerniswekkend ergerniswekkender ergerniswekkendst
verbogen ergerniswekkende ergerniswekkendere ergerniswekkendste
partitief ergerniswekkends ergerniswekkenders -

Bijvoeglijk naamwoord

ergerniswekkend

  1. van iets dat het irritatie kan opwekken
     PSV heeft na een stevige en regelmatig ook ergerniswekkende strijd met Ajax in De Kuip voor de 11de keer de KNVB-beker gewonnen. De Eindhovenaren waren de sterkste in de strafschoppenserie: 3-2. Na de reguliere speeltijd en de verlenging was de stand 1-1.[1]
     De Duitse bondskanselier Scholz, die wél uitdrukkelijk is uitgenodigd om naar Kiev te komen, gaat daar vooralsnog niet op in. Hij noemde het weigeren van Steinmeier "enigszins ergerniswekkend om het beleefd uit te drukken". Partijen in de Bondsdag spreken van een affront en een teleurstelling. Ze wijzen de "uitruil" tussen Steinmeier, die niet welkom is, en Scholz en die dat wél is, in scherpe bewoordingen af.[2]
Synoniemen


Gangbaarheid


Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 17 september 2023 Weblink bron “PSV wint na strafschoppen van Ajax in bekerfinale vol irritaties en opstootjes” (Zondag 30 april 2023), NOS
  2. Bronlink geraadpleegd op 17 september 2023 Weblink bron “Duitsers ontstemd dat president niet welkom was in Kiev” (Woensdag 13 april 2022, 15:20), NOS