drugsonderzoeker

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • drugs·on·der·zoe·ker
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord drugsonderzoeker drugsonderzoekers
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de drugsonderzoekerm

  1. wetenschapper die onderzoek doet naar de werking en samenstelling van verdovende middelen
     Toch maant het Trimbos ouders, leraren en vooral lokaal bestuur tot kalmte. "De populariteit neemt in alle gebruikersgroepen toe, maar de gezondheidsrisico's vallen mee", zegt drugsonderzoeker Ferry Goossens. Hij pleit dan ook niet voor een verbod. "We moeten het in perspectief blijven zien, al wil dat niet zeggen dat er geen risico's zijn."[1]
     De vraag die nu leeft: moet de drug dan maar verboden worden? En waar komen de problemen vandaan? We belden daarover met drugsonderzoeker Daan van der Gouw van Trimbos Instituut en Ronald van Litsenburg van Event Medical Service.[2]

Gangbaarheid


Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 5 oktober 2023 Weblink bron “Gebruik lachgas groeit; 'Paniek is niet nodig, maar voorlichting wel'” (Zondag 29 juli 2018, 15:10), NOS
  2. Bronlink geraadpleegd op 5 oktober 2023 Weblink bron “Wat je moet weten als je hard gaat op de legale partydrug 4-FA” (Donderdag 1 september 2016, 19:10), NOS