diensttelefoon
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- dienst·te·le·foon
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van dienst zn en telefoon zn
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | diensttelefoon | diensttelefonen |
| verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de diensttelefoon m
- een telefoonverbinding die gebruikt kan worden door het dienstdoend personeel of een dienstdoende functionaris
- ▸ Het hof neemt het de 45-jarige agent kwalijk dat hij seksuele relaties begon met vrouwen met wie hij vanuit zijn werk te maken had. Uit intern onderzoek bleek dat de man met 23 vrouwen een seksuele relatie had aangeknoopt. Ook stuurde hij pikante sms'jes met zijn diensttelefoon.[1]
- ▸ Agenten klagen over hun nieuwe diensttelefoon. Het toestel is traag en de batterij gaat snel leeg. Met de telefoon kunnen agenten op straat via een speciale app persoonsgegevens checken en digitale bekeuringen uitschrijven, maar de apps kampen met storingen.[2]
- ▸ Ook klagen de rechercheurs over inefficiënte uitrusting en wordt de organisatie onvoldoende wendbaar gevonden, schrijft Van der Steur. Een treffend voorbeeld daarvan uit het rapport: "Veel met name jonge collega's gebruiken uitsluitend hun privé-iPhone voor het werk, omdat ze met de sterk verouderde diensttelefoon niet effectief kunnen werken".[3]
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord 'diensttelefoon' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Verwijzingen
- ↑
Weblink bron “'Seksagent' mag toch worden ontslagen” (Donderdag 8 oktober 2015, 17:16), NOS
- ↑ Weblink bron “Agenten klagen over haperende diensttelefoon” (Donderdag 21 april 2016, 09:27), NOS
- ↑ Weblink bron “Rapport kraakt functioneren recherche” (Donderdag 19 mei 2016, 22:02), NOS
